Borlottibonen, of kievitsbonen zijn romig en vol van smaak. Zo vers van de plant hoef je ze na het doppen maar kort te koken. Vaak is 10 tot 15 minuten al genoeg maar altijd even proeven. Je kunt ze ook meekoken in een maaltijdsoep (niet te lang want dan kunnen ze kapot koken). Wortel, bleekselderij, wat prei en een mooie kippenbouillon en wat kruiden. Genieten. Mariekes dochters zijn gek op deze bonen. Gewoon door de pasta of bij een salade.

De tijd van de pompoenen is begonnen. Ik eet zelf nu al weer 2 weken pompoen. Soep, stoofpotjes, uit de oven. Allemaal heerlijk. Het ras oranje pompoen dat ik het liefst teel is Amoro. Een nieuw ras uit de handen van de Bolster. Afgelopen voorjaar had ik een rondleiding en inwas zwaar onder de indruk. Wat een kennis en kunde en wat een werk gaan er in een nieuw ras zitten. Deze pompoen rankt heel weinig. Zo kun je makkelijk schoffelen en oogsten, het vruchtvlees is veel en de pitten weinig en de smaak is ook nog eens heel goed. Niet zo goed als de blauwe maar het komt in de buurt.

Rafelsteeltjes en radijsjes! Ik heb nog nooit zo’n mooi bed met radijsjes en gerafelde raapsteeltjes gehad. Alle zaaisels stonden met een week boven en na een week of 4 kunnen we ze al oogsten. Raapsteeltjes zijn een lekker pittig blaadje dat je als salade kan eten of in een stamppot verwerkt. Ik zaai verschillende rassen. De golden frills en purple frills zijn heel decoratief maar ook de mizuna staat mooi met zijn groen ingesneden blad. Anders dan de echte raapstelen dat blaadjes van raapjes waren. Ook de veldsla is prachtig. Lekker nootachtig voor een fijne salade met dit hete weer. Het combineerd goed met dunne plakjes geroosterde pompoen!